Streettriage, politie, ggz, meldpunten

In dit artikel zoomen we in op vroegsignalering in de vorm van Streettriage, politie, ggz, meldpunten voor acute en niet-acute zorg met focus op de rol van de politie in samenwerking met ggz.

Street triage

Tot enkele jaren geleden betekende een E33-melding meestal dat de politie moest komen en zich genoodzaakt zag om de betreffende persoon met verward gedrag mee te nemen naar het politiebureau. Dit was voor de persoon in kwestie niet zelden een ingrijpende ervaring.

Die aanpak leidde ‘in het veld’ tot reacties. Vanuit de gedachte dat er een betere manier moest zijn om met deze situaties om te gaan, ontstond in 2019 in Twente het Street Triage-initiatief. In de opzet van dit meldpunt acute zorg nam Twente de eerder in Deventer geleerde lessen mee. Zo was het werkgebied in Twente onder andere groter zodat er meer meldingen kunnen worden opgepakt.

Street Triage houdt in om ter plekke te bepalen hoe urgent de binnengekomen hulpvraag is. Dit vormt een reactie op de groeiende behoefte aan een sluitende aanpak voor mensen met onbegrepen gedrag, waarbij samenwerking en coördinatie centraal staan. Street Triage brengt professionals vanuit verschillende disciplines, waaronder politie, ambulancedienst en gemeenten, samen om directe en passende zorg te kunnen bieden aan mensen met onbegrepen gedrag op straat.

Klik op de afbeelding voor de video over Streettriage, een productie van de Rijksoverheid.

Ellen Gros en Jeroen Kreuger zijn nauw betrokken bij Street Triage. Gros is sociaalpsychiatrisch verpleegkundige bij Dimence GGZ en voorzitter van de Coördinatiegroep van Street Triage. Kreuger is Divisiemanager bedrijfsvoering bij de divisie Spoedeisende GGZ van stichting Dimence en voorzitter van de Stuurgroep Street Triage.

In plaats van direct over te gaan tot beheersing en arrestatie, kijken we naar wat iemand nodig heeft op dat moment.
Ellen Gros
Dimence GGZ

Flexibiliteit en maatwerk

Het gaat niet alleen om psychiatrische problemen, maar ook om het benaderen van situaties binnen een specifieke context. Zo hebben Gros en haar collega’s van Street Triage geholpen bij situaties die variëren van een oudere dame die bang was voor euthanasie, tot een suïcidale tiener.

Gros: ‘Ook hebben we een keer laat op de avond een hotelovernachting geregeld voor een student die uit zijn particuliere huurhuis was geplaatst, om hem en zijn ouders de volgende dag de gelegenheid te geven om een nieuwe woonruimte te vinden.’ Dit toont de flexibiliteit en maatwerkbenadering van Street Triage, dat zich richt op de behoeften van de persoon in kwestie, in plaats van puur op veiligheid en controle.

Street Triage heeft verbetering gebracht in de acute zorg rondom personen met onbegrepen gedrag. Voorheen werden mensen vaak zonder onderscheid doorverwezen naar gespecialiseerde GGZ-zorg, zelfs als dit niet de meest geschikte oplossing was. Met Street Triage kunnen mensen nu, dankzij de samenwerking tussen politie, GGZ-instellingen en ambulancediensten, snel worden doorverwezen naar de juiste zorg, wat efficiënter en effectiever is.

Beter voorbereid naar een melding gaan

 

In deze video vertelt Ellen Bolster over de behaalde resultaten:

'Wat wij zien is dat we nagenoeg geen mensen meer in de cel hebben. Normaliter waren we met zo’n melding 4 uur kwijt. Nu zijn we ongeveer 1 uur en 1 kwartier kwijt per melding. Normaliter zouden we 2 politieagenten sturen. Nu sturen we eigenlijk slechts 1 politieagent mee.'

Afbeelding
Ellen Bolster - Politie Almelo uit video streettriage
Want daar zit de winst: dat je weet hoe je met verwarde personen om moet gaan.
Ellen Bolster
Politie Almelo

Betere samenwerking politie en ggz

Wat begon als een pilotproject heeft in Twente inmiddels succes bewezen. Street Triage wordt in Twente nu beschouwd als een voorbeeld van een betere samenwerking tussen politie en ggz en ontvangt subsidie van ZonMw om verder uit te bouwen. Hoewel het concept niet 1-op-1 toepasbaar is voor elke regio, benadrukken Gros en Kreuger dat het in essentie gaat om het belang van samenwerking en maatwerk in de zorg.

We willen de positieve houding van Street Triage, waarbij de behoeften van de persoon centraal staan, blijven verspreiden. Het doel is om te zorgen dat mensen de juiste zorg krijgen op het juiste moment en op de juiste plaats.
Jeroen Kreuger
Spoedeisende GGZ van stichting Dimence

Meld- en adviespunt niet-acute zorg

Via de meld- en adviespunten niet-acute zorg kunnen professionals en burgers hun zorgen uiten over anderen, in situaties die niet acuut zijn. Het gaat hier om mensen die (tijdelijk) de grip op hun leven (dreigen te) verliezen of om mensen die zorgmijdend zijn maar vermoedelijk wel hulp nodig hebben. Denk aan dak- en thuislozen, multiprobleemgezinnen, chronisch verslaafden, veelvuldige delictplegers, mensen met psychische aandoeningen of verstandelijke beperkingen, vereenzaamde ouderen en chronisch zieken. Soms veroorzaken ze overlast, soms zijn ze een gevaar voor zichzelf of hun omgeving. Een brede problematiek, dus, die zich dan ook uitstrekt tot niet alleen de domeinen zorg en veiligheid, maar ook tot het sociaal domein.

(U kunt meer over dit onderwerp lezen in het artikel BE-grip: flexibel meebewegen.)

Ten tijde van het schrijven werkte Trudi Peters bij de GGD GHOR, de koepel van de 25 GGD’en in Nederland, als projectleider landelijke ondersteuning niet-acute meldfunctie personen onbegrepen gedrag. ‘Vanaf 2018 tot begin 2023 hebben we meldpunten geholpen om zaken op orde te krijgen, en handvatten geboden om te werken aan verbetering. Zo hebben we een handreiking gemaakt over het opzetten en organiseren van een meldpunt. En een handreiking over gegevensuitwisseling en privacy.’

Afbeelding
Daarnaast hebben we samen met de meldpunten een kwaliteits- en ontwikkelinstrument ontwikkeld, bedoeld als stimulans om zichzelf te professionaliseren.
Trudi Peters
GGD GHOR (Projectleider 2018-2023)

Wams en samenwerking met politie

Er komt een wettelijke regeling die gemeenten verplicht zo’n meldpunt op te zetten. Die regeling is onderdeel van de Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams) die momenteel bij de Tweede Kamer ligt.

Peters zal blij zijn als de Wams in werking treedt. ‘Er zijn veel verschillen in hoe de meldpunten zijn georganiseerd en op welke schaal. Wettelijke inkadering en een grondslag voor gegevensdeling kunnen leiden tot een professionelere organisatie en een meer eenduidige omgang met meldingen.’ Inmiddels heeft GGD GHOR Nederland de ondersteuning van de meldpunten overgedragen aan JBLorenz.

Een andere ontwikkeling die de meldpunten niet-acute zorg gaat helpen, zo meent Peters, is de samenwerking met de politie. ‘De politie heeft haar zorgmeldingen gestandaardiseerd en stuurt ze beveiligd door naar de meldpunten niet-acuut. De meldpunten kunnen vervolgens zorgen voor een betere opvolging en de juiste hulp en ondersteuning inschakelen.’ Wel lopen meldpunten nu soms tegen capaciteitsproblemen aan door de grotere aantallen meldingen.

Politie: toenadering tot zorg en proactief handelen

Vanuit de politie zijn er steeds meer inspanningen om personen met onbegrepen gedrag sneller en beter te ondersteunen. Dat vertelt Joris van ’t Hoff, coördinator voor personen met onbegrepen gedrag bij de regionale Politie-eenheid Oost-Nederland.

Sinds mei is het mogelijk om aan elke melding een niet-acute zorgmelding te koppelen. Deze wordt automatisch doorgestuurd naar het daarvoor ingestelde meldpunt in de gemeente. Vanuit het meldpunt wordt bezien of er iemand bij de persoon langs kan gaan om te inventariseren of en zo ja, welke hulp of ondersteuning nodig is. Van ’t Hoff: ‘Deze vroegsignaleringsoverleggen vinden steeds vaker plaats in plaats van de eerdere E33-overleggen. Deze overleggen zijn cruciaal om een breed scala aan betrokken partijen op 1 lijn te krijgen – van de politie tot gemeentelijke instanties en de geestelijke gezondheidszorg.’

‘Er is’, zegt Van ‘t Hoff, ‘een groeiende consensus over het belang van een proactieve aanpak bij de eerste tekenen van problemen. Zodat je snel bemoeizorg, zoals wijk-GGD'ers, of gemeentelijke instanties kunt inschakelen.’ Tegelijkertijd constateert hij dat het nog veel sneller moet kunnen dan het nu gaat.

Afbeelding
Joris van t Hoff
Je moet al bij de eerste signalen kunnen escaleren naar bemoeizorg. Juist die aanpak kan helpen om situaties te de-escaleren en te voorkomen dat ze verergeren.
Joris van ’t Hoff
Politie-eenheid Oost-Nederland

Handvatten voor samenwerking

Zelf ontwikkelt de politie opleidingen, trainingen, diensten en handvatten om personen met onbegrepen gedrag beter te kunnen helpen. En om beter samen te werken met zorgpartners. Op gezamenlijke trainingen en bijeenkomsten wisselen ze ideeën uit en leren ze elkaar beter kennen, waardoor ze inzicht krijgen in elkaars mogelijkheden en beperkingen.

Najaar 2021 verscheen een nieuw handboek voor agenten. Het richt zich op de situatie waarin de politie ter plaatse komt en helpt om snel de benodigde informatie te verzamelen en de juiste stappen te ondernemen om de persoon met onbegrepen gedrag te helpen. Tegelijkertijd benadrukt de handleiding het belang van goede samenwerking en wordt nascholing geboden voor al gediplomeerde agenten. In de bemoeizorgketen zijn dankzij dit handboek al verbeteringen merkbaar.

Er wordt veel verwacht van het landelijke initiatief dat in mei 2023 van start is gegaan. Hierbij worden meldingen van onbegrepen gedrag gestandaardiseerd en direct doorgestuurd naar het juiste meldpunt. Dit moet zorgen voor een snellere en effectievere reactie, vooral in gevallen van zorgmijders of mensen met een ander beeld van hun eigen problemen.

Van ’t Hoff: ‘We zijn er nog lang niet, maar we zien – ook landelijk – verbeteringen en ons uiteindelijke doel is dat onze agenten zich beter kunnen inleven in kwetsbare mensen.’

Tekst: Marianne Lourens, oktober 2023