Paramedische beroepsverenigingen bieden kennisagenda’s aan

Paramedische zorg kan bij uitstek bijdragen aan de ambities van het Integraal Zorgakkoord (IZA). Duurzame kwaliteitsontwikkeling is daarbij van groot belang. Daarom hebben 5 paramedische beroepsverenigingen op dinsdag 26 november 2024 gezamenlijk hun kennisagenda’s aangeboden aan het ministerie van VWS.

Zorg toegankelijk en betaalbaar houden

Het is een belangrijk thema binnen het IZA: om de zorg toegankelijk en betaalbaar te houden, moet er meer zorg van de tweede naar de eerste lijn. Paramedici spelen daarbij een belangrijke rol. Zij kunnen vaak duurdere zorg voorkomen of vervangen. ZonMw investeert daarin, onder andere via het programma Paramedische Zorg, met als doel om de inzet van de paramedische zorg te optimaliseren. Het opstellen van kennisagenda’s is daarbij een belangrijke stap. In de kennisagenda’s worden kennishiaten binnen een vakgebied beschreven en vandaaruit worden vragen geformuleerd voor het onderzoeken, opschalen en implementeren van interventies en zorgpaden.

Actualisering kennisagenda’s

Met een projectfinanciering van ZonMw hebben 5 paramedische beroepsverenigingen hun kennisagenda’s geactualiseerd. Het gaat om:

  • Ergotherapie Nederland (EN)
  • Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) 
  • Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF)
  • Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck (VvOCM)
  • Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF)

De beroepsverenigingen zijn gezamenlijk opgetrokken in het actualiseren van hun agenda’s. Vertegenwoordigers van de beroepsverenigingen vertellen hoe zij dat hebben aangepakt en wat het heeft opgeleverd.

VvOCM overhandigt kennisagenda aan VWS
1 / 5

Oefentherapie

Coachen naar beter beweeggedrag, dat is wat oefentherapeuten doen. ‘We zijn van nature patiëntgericht en werken altijd vanuit de hulpvraag van de patiënt. We werken niet met standaardprogramma’s, maar vragen wat voor de patiënt belangrijk is, wat die wil bereiken met de therapie op participatie- en patiëntniveau. En daar gaan we dan mee aan de slag, met de focus op zelfmanagement. Samen met de patiënt toewerken naar zelfredzaamheid is bij ons dagelijkse praktijk.’, vertelt Thea Kooiman van de Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck (VvOCM). 

Voorbeeldcasus: meerwaarde van samenwerking

De kwetsbaarheid bij ouderen betreft vaak een heel scala aan functionele beperkingen, die vaak ook nog eens samenhangen. Bij de ontwikkeling van de Paramedische Richtlijn Kwetsbare Ouderen waren daarom nog 4 andere paramedische beroepsgroepen betrokken: huidtherapeuten, logopedisten, diëtisten en ergotherapeuten. 'Verlies van spiermassa bijvoorbeeld heeft meestal zowel met voeding als met beweging te maken. Dan is samenwerking tussen een diëtist en een oefentherapeut van belang. Binnen de richtlijn verwijzen we ook naar elkaar. Gezamenlijke richtlijnen bevorderen zo de kwaliteit van zorg.’

Lees het interview en download de kennisagenda
NVD overhandigt kennisagenda diëtetiek aan VWS
2 / 5

Diëtetiek

'Diëtisten werken vanuit het functioneren van de patiënt aan blijvende gedragsverandering. Ze behandelen vaak zieke mensen bij wie de voedingstoestand een belangrijk onderdeel vormt van herstel of kwaliteit van leven. Zo zijn ze betrokken bij de behandeling van hart-, vaat- en longziekten, oncologische aandoeningen, ondervoeding bij kwetsbare ouderen en in het voor- en natraject van operaties.’, vertelt Marianne Pruijssers van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD).  

Voorbeeldcasus: substitutie bij prediabetes

Marieke Plas (NVD) geeft een voorbeeld van substitutie bij darmklachten: ‘Pattënten die bij de huisarts komen met darmklachten en verdenking op het prikkelbare darmsyndroom worden vaak doorverwezen naar een maagdarmleverarts voor een colonscopie. In plaats daarvan kan de huisarts de patiënt ook naar een diëtist verwijzen. De diëtist kan in dit geval een uitgebreide voedings- en klachtenanamnese uitvoeren. Substitutie kan ook plaatsvinden door bij prediabetes niet af te wachten, maar te verwijzen naar een diëtist voor gerichte voedingszorg.’ 

Lees het interview en download de kennisagenda
Ergotherapie Nederland overhadigt kennisagendas aan VWS
3 / 5

Ergotherapie

‘Ergotherapie is is gericht op de dagelijkse activiteiten en participatie van mensen, al dan niet met een ziekte of aandoening. Het kan ook gaan om mensen in een kwetsbare situatie die hun leven niet kunnen leiden zoals ze willen. Ergotherapeuten trainen met patiënten en geven advies over een andere manier van handelen om het uitvoeren van de activiteiten in het dagelijks leven weer mogelijk te maken. Het zit in het bloed van de ergotherapeut om te kijken naar mogelijkheden van mensen.’ , vertelt Lucelle van de Ven, manager beleid & kwaliteit bij Ergotherapie Nederland. 

Voorbeeldcasus: besparing

Het Radboudumc heeft het programma Edomah opgezet. Het is een bewezen effectieve ergotherapierichtlijn voor diagnostiek en behandeling van oudere patiënten met dementie. Ze hebben door SEO Economisch Onderzoek laten berekenen hoeveel door het programma bespaard wordt. Elke euro die wordt besteed aan de behandeling van thuiswonende patiënten met dementie levert € 7,40 tot € 11,80 op. Het was zoveel dat SEO Economisch Onderzoek nagerekend heeft of het wel klopte. En het klopte.

Lees het interview en download de kennisagenda
NVLF overhandigt kennisagenda aan VWS
4 / 5

Logopedie

'Als je logopedie zegt, denken mensen vaak aan problemen met spraak en dan vooral aan stotteren’, vertelt Ellen Gerrits van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF). Maar logopedisten behandelen ook taalontwikkelingsstoornissen, problemen met spraak en taal als gevolg van bijvoorbeeld de ziekte van Parkinson of een beroerte én problemen met eten en drinken. ‘Met je mond praat je niet alleen, je eet er ook mee’, aldus Hanneke Kalf (NVLF). ‘Patiënten met slikproblemen zien we vaak in ziekenhuizen en verpleeghuizen. Bijvoorbeeld mensen met een beroerte of mensen die een tijd aan de beademing hebben gelegen.

Voorbeeldcasus: participatie

We overleven ernstige aandoeningen steeds beter, maar de gevolgen zijn ook steeds ernstiger. Logopedie heeft een sterkte ontwikkeling gemaakt in de behandeling van dit soort problemen. ‘Waar we het voor doen is dat mensen een deel van hun leven terugkrijgen. Dat een kind met vriendjes kan spelen, iemand met de ziekte van Parkinson weer naar de biljartclub gaat of dat iemand met een spierziekte weer uit eten durft, omdat hij niet bang is zich steeds te verslikken.’

Lees het interview en download de kennisagenda
KNGF overhandigt kennisagenda aan VWS
5 / 5

Fysiotherapie

De fysiotherapeut is expert in houding en beweging. Fysiotherapeuten helpen bij het voorkomen, verhelpen of verminderen van lichamelijke klachten en zorgen ervoor dat mensen weer optimaal kunnen bewegen. De zorg van een fysiotherapeut past bij de persoonlijke situatie en is gericht op het doel dat de patiënt wil bereiken. Soms geeft de fysiotherapeut alleen advies, soms ook een behandeling. Onderzoek naar fysiotherapie wordt bij kennisinstellingen in heel Nederland gedaan, de agenda speelt een belangrijke richtinggevende en verbindende rol.

Voorbeeldcasus: belang van (praktijk)onderzoek

Met praktijkgericht onderzoek worden vragen uit de zorgpraktijk onderzocht. Zo heeft het Amsterdam UMC met een RCT onderzocht wat de toegevoegde waarde is van Caregiver Mediated Exercises in combinatie met e-health-toepassingen op opnameduur, loopvaardigheid, kwaliteit van leven en zorglast van de mantelzorger omdat patiënten met een beroerte en hun mantelzorgers grote moeite ervaren met de overgang van klinische revalidatie naar de thuissituatie. Hoewel dit onderzoek geen klinisch relevant verschil liet zien, heeft dit wel geleidt tot belangrijke aanbevelingen voor de zorgpraktijk.

Download de kennisagenda

Gezamenlijke aanpak kennisagenda’s

Het Paramedisch Platform Nederland (PPN) is het overkoepelende platform voor 6 paramedische beroepsgroepen, namelijk logopedisten, diëtisten, ergotherapeuten, huidtherapeuten oefentherapeuten en optometristen. PPN en KNGF/SKF hebben voor een groot deel dezelfde opgave: de zorg ontlasten en – zwaardere – zorg te voorkomen. Niet verwonderlijk dan ook dat ze op vergelijkbare thema’s zijn uitgekomen in de kennisagenda’s. Enkele beroepsverenigingen zijn in dit proces ook samen opgetrokken. Overigens willen de Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten (NVH) en de Optometristen Vereniging Nederland (OVN) hun kennisagenda in 2026 aanbieden.

Patiënten- en (huis)artsenverenigingen tegelijk bevraagd

‘Samen optrekken had een methodische reden’, vertelt Hanneke Kalf van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF). ‘Vanuit PPN zijn alle patiëntenverenigingen, medisch specialisten en andere beroepsverenigingen en stakeholders tegelijk bevraagd. We wilden weten wat er ontbreekt aan kennis over de beroepen. Ook hebben de beroepsverenigingen leden, docenten en andere stakeholders gevraagd om kennishiaten te formuleren. We wilden een zo rijk mogelijk opbrengst om vervolgens te prioriteren.’

Eigen prioritering

Marieke Plas van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD): ‘We sluiten nu goed aan bij de thema’s die spelen op het gebied van passende zorg. Het IZA is daarbij heel bepalend geweest. We hebben onze kennisagenda’s daar grotendeels aan opgehangen’. Daarbij hebben de verenigingen de onderzoeksvragen, doelgroepen of onderwerpen geprioriteerd aan de hand van vragen, zoals : 

  • Wat is de wetenschappelijke relevantie?
  • Wat is de maatschappelijke relevantie?
  • Wat is de relevantie voor de beroepsgroep? 
  • Wat is de relevantie voor de patiënt?

Vandaar zijn de verenigingen ieder tot een eigen prioritering gekomen.

Overeenkomsten in thema’s

Dat het IZA bepalend is geweest voor de geactualiseerde agenda’s voor de paramedische beroepsverenigingen blijkt uit de overeenkomsten in de thematiek. De 4 grote thema’s die uit kennisagenda’s naar voren komen, zijn:

  1. Werkingsmechanismen en (kosten)effectiviteit 

    Aansluitend op de eerste kennisagenda’s willen de beroepsverenigingen meer onderzoek doen naar de effectiviteit van therapieën en de achterliggende werkingsmechanismen, om behandelingen te optimaliseren. Bij een aantal is daarbij focus op bepaalde patiëntgroepen. Thea Kooiman van de Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck (VvOCM): ‘Bij onze behandeling gaat het om gedragsverandering en zelfmanagement. We willen de effectiviteit op deze gebieden onderzoeken bij specifieke doelgroepen, zoals mensen met een lage sociale status of lage gezondheidsvaardigheden. Bij hen is zelfmanagement best lastig. Hoe kunnen we die doelgroepen beter bereiken en zelfmanagement bevorderen?’

  2. Zorginnovatie en -technologie

    Belangrijk bij dit thema is niet alleen de ontwikkeling van nieuwe interventies en technologie, maar ook hoe bestaande interventies en zorgtechnologie geoptimaliseerd kunnen worden, zodat die nog meer bijdragen aan de behandeling. Digitale en hybride zorg wordt daarbij steeds gangbaarder. Er zijn al veel mogelijkheden, maar er is ook nog veel ontwikkeling mogelijk. Welke kennis en vaardigheden hebben paramedici hierbij nodig? 

  3. Substitutie en preventie

    Alle verenigingen hebben wel een thema van preventie en substitutie. Het zijn bij uitstek thema’s die zijn ingegeven door het IZA. De vraag is welke zorg in de eerste lijn groot substitutiepotentieel heeft om tweedelijnszorg en opnames te verkorten of te voorkomen. Paramedici kunnen met elkaar veel oppakken door samenwerking in de eerste lijn, én met de tweede en derde lijn.

  4. Interprofessionele samenwerking/organisatie van zorg

    Interprofessionele samenwerking hangt dan ook nauw samen met substitutie en preventie en is een belangrijk aspect van kwaliteitsontwikkeling. Samen met andere zorgverleners zijn paramedici verantwoordelijk voor goede en passende zorg voor én met de patiënt, bij voorkeur in diens eigen omgeving. Hoe geven we daar met elkaar invulling aan? 

Belang van samenwerking met patiënten

De kennisagenda’s laten zien op welke thema’s en welke doelgroepen er onderzoeksvragen zijn. Daarbij onderstrepen de beroepsverenigingen het belang van samenwerking met de mensen om wie het gaat. Niet vanuit een ivoren toren bepalen wat belangrijk is, maar samen met patiënten onderzoeken uitvoeren. Wanneer patiënten participeren in onderzoek, zijn de resultaten beter toepasbaar.

Verspreiding en implementatie

Want de volgende stap is het toepassen van de kennis. ‘Wanneer is onderzocht en aangetoond welke interventies en zorgpaden goed werken, is het zaak om te zorgen dat de kennis geïmplementeerd wordt’, aldus Lucelle van der Ven van Ergotherapie Nederland (EN). ‘Als beroepsverenigingen hebben we een taak in het verspreiden van nieuwe inzichten. Wij moeten ervoor zorgen dat de kennis wordt opgenomen in scholing en richtlijnen. Op die manier optimaliseren we de paramedische zorg. En die paramedische zorg is een essentiële schakel gezien de ambities die voortkomen uit ‘De Juiste Zorg op de Juiste Plek’ en het ‘Integraal Zorgakkoord’. Het gezamenlijk aanbieden van de kennisagenda’s aan het ministerie van VWS is een mooi moment om dat nog eens extra duidelijk neer te zetten.’

ZonMw en paramedische zorg

Paramedici verlenen elke dag de best mogelijke zorg aan hun patiënten. Om de inzet van de paramedische zorg te optimaliseren en een bijdrage te leveren aan de verbetering van de kwaliteit van de paramedische zorg en de gezondheid en/of kwaliteit van leven van patiënten en eventueel hun naasten, dragen we op verschillende manieren bij aan initiatieven voor een duurzame kwaliteitsverbetering van de paramedische zorg
> Bekijk alle initiatieven

Colofon

Tekst: Astrid van den Berg 
Beeld: Studio Oostrum
Eindredactie: ZonMw