Leernetwerk GGD’en voor sterkere kennisinfrastructuur

Preventie en gezondheidsbevordering
Het afgelopen jaar is met subsidie van ZonMw een leernetwerk opgezet dat bijdraagt aan betere kennisuitwisseling op het gebied van preventie en gezondheidsbevordering. Coördinator Tamara van Waardenburg vertelt hoe dat ging en wat het heeft opgeleverd. ‘GGD’en weten elkaar en hun partners nu beter te vinden.’

Doelen

Korte lijntjes tussen GGD’en onderling én tussen GGD’en en de organisaties waarmee zij samenwerken (zoals de huisarts, de gemeente en landelijke kennispartijen). Weten wat je aan elkaar hebt. Elkaar versterken. En relevante kennis op de juiste plek laten terechtkomen zodat niet steeds opnieuw het wiel wordt uitgevonden. Dat zijn de doelen van het leernetwerk van regionale GGD’en en landelijke kennispartijen [zie kadertekst]. Het startte in april 2023, werd gefinancierd met een ZonMw-subsidie en gecoördineerd door Tamara van Waardenburg. 

Op landelijk niveau was er al een stevig bouwwerk aan kennisinstellingen rondom preventie. Maar de vele beschikbare kennis wordt niet altijd benut. Het nieuwe leernetwerk zorgt voor meer samenwerking en betere kennisuitwisseling tussen landelijk, regionaal en lokaal.

Zo werkte het leernetwerk

Het leernetwerk gezondheidsbevordering en preventie startte in maart 2023 met de GGD’en, GGD GHOR Nederland, RIVM en VNG. Namens de GGD’en deden de projectleiders mee die met een impuls van ZonMw een ketenaanpak implementeren in de gemeente ‘Impuls versterking kennisfunctie GGD’. Daarnaast deden ook gezondheidsmakelaars, adviseurs gezondheidsbevordering en/of beleidsadviseurs mee. In totaal vonden 7 fysieke bijeenkomsten plaats (hele dag of een dagdeel) en twaalf online intervisies. Passend bij het onderwerp van elke bijeenkomst werden ook andere organisaties uitgenodigd, zoals VeiligheidNL (dat de ketenaanpak valpreventie ontwikkelde). Tamara van Waardenburg was projectcoördinator namens een projectgroep die bestond uit drie Academische Werkplaatsen Publieke Gezondheid (AWPG): AMPHI, Brabant (Tranzo) en Mosa (voorheen AWPG Limburg). 

Soorten kennis

Nu is kennis er natuurlijk in verschillende soorten en maten. Er is landelijke, regionale en lokale kennis. En het gaat om zowel wetenschappelijke kennis uit onderzoek (bijvoorbeeld van een kennisorganisatie als het RIVM), maar ook om ervaringskennis (van de doelgroep zelf, bijvoorbeeld van bewoners of senioren) en om praktijkkennis. Tamara van Waardenburg geeft een voorbeeld: ‘De praktijk leert dat valpreventietrainingen voor senioren de doelgroep niet altijd goed bereiken. Veel senioren doen er bijvoorbeeld niet aan mee omdat ze zich daar veel te fit voor voelen. En die ene keer dat ze gevallen zijn, kwam doordat ze ergens over struikelden, niet doordat ze ouder worden. Nu heeft VeiligheidNL een onderzoek gedaan: Hoe kunnen we deze senioren wél laten deelnemen? Waar vinden we de mensen die baat hebben bij deze training? Welke woorden moeten we gebruiken om ze van het nut te overtuigen? Dat is nuttige kennis.’

Kennisuitwisseling is ook zinvol als het gaat over financiën en zorgverzekeraars. ‘Regels kunnen een goede aanpak in de weg staan,’ weet Van Waardenburg. ‘Dan is het mooi als landelijke kennisorganisaties die obstakels kennen zodat ze oplossingen kunnen zoeken waarmee mensen regionaal en lokaal verder kunnen.’

Afbeelding
Tamara van waardenburg GGD
GGD’en brengen elkaar verder: ze wisselen plannen van aanpak uit en komen beter beslagen ten ijs bij gemeenten.
Tamara van Waardenburg
Coördinator

Rol en positie GGD’en

Tijdens de bijeenkomsten van het leernetwerk wisselden de GGD’en kennis en ervaring met elkaar uit. Bijvoorbeeld ervaring die zij opdeden in de gelijktijdige projecten (met ZonMw-impuls) om een ketenaanpak te implementeren binnen een gemeente. Tijdens de leernetwerkbijeenkomsten kwam bijvoorbeeld aan bod: welke ketenaanpak ze hadden gekozen, hoe deze te implementeren, het verloop van de samenwerking binnen de keten, hoe je zorgt voor goede borging en evaluatie. Tot slot kwam ook de rol en de positie van de GGD’en zelf uitvoerig aan bod, vertelt Tamara van Waardenburg: ‘Als buitenstaander denk je wellicht dat alle GGD’en hetzelfde werken met dezelfde formatie. Maar de ene GGD heeft een kleine afdeling gezondheidsbevordering en kan alleen een adviesfunctie vervullen, terwijl de andere aan gezondheidsbevordering in alle wijken doet, beschikt over een uitgebreid netwerk en makkelijk een ketenaanpak kan implementeren. Wat is er dan mooier dan dat de grotere GGD kennis deelt met de kleinere?’

Tamara van Waardenburg ziet dat GGD’en dankzij het leernetwerk nu veel meer kennis uitwisselen en elkaar ook opzoeken buiten het leernetwerk om. ‘Dat is echt wel een opbrengst van het leernetwerk: dat ze plannen van aanpak uitwisselen wat betreft bijvoorbeeld valpreventie en overgewicht, en dat ze beter beslagen ten ijs komen bij gemeenten. Ze brengen elkaar verder.’

In beeld bij gemeente 

Een andere cruciale vraag die aan de orde kwam in de bijeenkomsten is: hoe kun je als GGD nog meer in beeld komen bij de gemeente? Die is tenslotte je opdrachtgever. Hoe zorg je dat je wél gevraagd wordt voor de regionale coördinatie van de ketenaanpakken? Tamara van Waardenburg geeft een voorbeeld: ‘Alle GGD’en doen bijvoorbeeld onderzoek naar de gezondheidssituatie van de inwoners in hun regio. Schrijf daarom eens een mooi ongevraagd advies: “Wij zien dat er steeds meer kinderen zijn met overgewicht. Wij kunnen een ketenaanpak starten om dat aan te pakken.” Zulke tips worden uitgewisseld in het leernetwerk: presenteer jezelf aan de gemeente, laat zien wat je in huis hebt. En kijk en passant of je kunt aansluiten bij de SPUK- (Specifieke Uitkering) en GALA-regelingen (Gezond en Actief Leven Akkoord): die versterken de preventieve aanpak op gemeentelijk niveau.’

De GGD wil meer strategisch meedenken en kan dat ook. ‘Dus het is belangrijk dat gemeenten weten waar de GGD goed in is: kennis én advies delen op het gebied van preventie en gezondheidsbevordering. Het is belangrijk dat gemeenten inzien dat ze de GGD kunnen inzetten voor meer strategische opdrachten en daar uren voor ter beschikking stellen.’

Afbeelding
Tamara van waardenburg GGD
Gemeenten kunnen GGD inzetten voor meer strategische opdrachten en daar uren voor ter beschikking stellen
Tamara van Waardenburg
Coördinator

Ketenaanpak versnellen

Het leernetwerk hielp de GGD’en onder meer op weg met de implementatie van ketenaanpakken. Tijdens de bijeenkomsten over dit thema wisselden de GGD’en waardevolle kennis en ervaring met elkaar uit én met de landelijke kennisinstituten.  Ketenaanpakken zijn er voor bijvoorbeeld valpreventie en overgewicht bij kinderen. Maar zo’n ketenaanpak heeft natuurlijk alleen zin als hij goed wordt ingevoerd. Tamara van Waardenburg: ‘Tijdens deze bijeenkomsten vertelden zowel GGD’en als landelijke organisaties, zoals VeiligheidNL en JOGG (Jongeren Op Gezond Gewicht), over het succesvol implementeren van de genoemde ketenaanpakken. Wat je wel, maar ook wat je niet moet doen werd gezamenlijk besproken. De landelijke partijen vertelden over de laatste ontwikkelingen rondom bijvoorbeeld financiering door de zorgverzekeraar en de GGD’en vertelden de landelijke partijen waar ze tegenaan lopen bij het implementeren van de ketenaanpakken. De landelijke partijen kunnen dit vervolgens weer bespreken en hier oplossingen voor zoeken.’ 

Leernetwerkbijeenkomst april 2024

Voortzetting

Tamara van Waardenburg kijkt zeer tevreden terug op de ontwikkeling van het leernetwerk. ‘Tijdens de bijeenkomsten was er altijd een hele positieve energie. Deelnemers waren heel leergierig en actief betrokken. De opkomst was elke keer groot. Dat kwam ook doordat de vaste deelnemers in het leernetwerk collega’s enthousiasmeerden om er de volgende keer ook bij te zijn. Dat enthousiasme van de deelnemers maakte het voor mij leuk om de volgende bijeenkomst te organiseren.’

De laatste bijeenkomst was in april 2024 en stond in het teken van evaluatie en borging. Ondertussen heeft  Tamara van Waardenburg een voorstel gedaan om het leernetwerk voort te zetten: ‘Eind 2023 heb ik geïnventariseerd of er animo was voor voortzetting. De GGD’en reageerden enthousiast. Sommige geven aan dat ze eigen “opleidingsuren” of “ontwikkeluren” kunnen inzetten. Maar ook ZonMw heeft aangegeven mee te willen werken aan een vervolg. Het ultieme doel is een netwerk van GGD’en en landelijke partijen, dat zichzelf in stand houdt en een vast onderdeel wordt van het reguliere werk. Een ideale situatie dus.’

Concrete resultaten

Wat heeft het leernetwerk concreet opgeleverd?

  • GGD’en hebben grote stappen gemaakt als kennis- en adviespartner van gemeenten. De GGD is de verbinder tussen gemeenten in zijn/haar regio en speelt een rol in het uitwisselen van kennis tussen gemeenten.
  • Er is meer kennis uitgewisseld. De GGD’en willen meer strategisch meedenken. Die mogelijkheid kregen ze met de impuls (een subsidie van ZonMw). Daarmee konden ze gemeenten adviseren.
  • GGD gaat van kennis verzamelen en delen naar adviseren.

Resultaten uitwisselen GGD’en

Op 18 april 2024 was de slotbijeenkomst van het overkoepelende leernetwerk. De GGD’en wisselden kennis uit en presenteerden de resultaten van hun projecten, die zij deden met de ‘impuls versterking kennisfunctie GGD’. Benieuwd naar de resultaten? 

Bekijk de posters