Gezondheidsapps kunnen leiden tot obsessief gedrag

Er komen steeds meer gezondheidsapps op de markt. Op zich zijn dit handige hulpmiddelen om mensen te stimuleren tot gezond gedrag. Toch hebben die apps niet alleen positieve effecten, blijkt uit een ethisch onderzoek.

In de appstores zijn inmiddels enkele honderdduizenden gezondheidsapps beschikbaar. Dat aantal neemt hand over hand toe. Zo kan het voor mensen met een chronische ziekte handig zijn zichzelf met dergelijke hulpmiddelen te meten en te controleren. Echter het gebruik ervan roept wel de nodige ethische vragen op. Want wat doen die hulpmiddelen op het gebied van privacy, op welke wijze worden ze gebruikt en wat doen die apps met de gebruikers?

Bewuster omgaan

Op die vragen wilden onderzoekers van Amsterdam UMC de antwoorden vinden, die uiteindelijk moeten leiden tot een bewustere omgang met dergelijke apps. Daarvoor interviewden ze mensen met diabetes die apps gebruiken om hun ziekte onder controle te houden. Vervolgens interviewden ze gezonde gebruikers van uiteenlopende e-health-apps. Verder organiseerden ze focusgroepen voor gebruikers, professionals en beleidsmakers.

Moraliserend en privacygevoelig

Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat het gebruik van gezondheidsapps niet geheel zonder problemen is. Sommige mensen gaan er obsessief mee om en raken gefixeerd op cijfers. Alleen wat de app meet, is voor hen nog belangrijk. Ook lijken de metingen moraliserend te werken. Een score is goed en daarmee een bevestiging van goed gedrag, of een score is fout en daarmee afkeurend. De onderzoekers, die een ethisch begrippenkader opstelden voor ontwikkelaars, patiënten en hun artsen, waarschuwen er bovendien voor dat apps lang niet altijd een bewezen directe link hebben met gezondheid. Wat hen vooral zorgen baart, is dat bedrijven achter de apps geen open kaart spelen over wat zij met de data van individuen doen. De wetenschappers pleiten daarom voor meer transparantie.

Meer informatie