Hoeveel weten we eigenlijk (niet)?

Interview met verpleegkundige en organisatiesocioloog Pieterbas Lalleman
Er is nu veel aan de hand rondom de positionering van verpleegkundigen. 30 jaar lang is er geen onderscheid gemaakt in functies, we deden allemaal hetzelfde werk voor hetzelfde salaris. Maar ons werk is veranderd.

'Iemand bijstaan en zorg verlenen is maar een klein gedeelte van wat wij doen. De rest is vaak onzichtbaar. De vraag van cliënten en naasten vraagt bijvoorbeeld ook veel organisatiewerk. Het beeld dat mensen hebben van ons vak is nog niet mee veranderd. Dat belemmert mede de verdere kennisontwikkeling van het verpleegkundig vakgebied. Immers, wat weten we over het onzichtbare werk?'

Over Pieterbas Lalleman

Pieterbas Lalleman is verpleegkundige en organisatiesocioloog. Hij promoveerde 2 jaar geleden op het thema verpleegkundig leiderschap. Hij hoopt dat anderen hem zien als iemand die je aan het denken zet. Dat is dan ook precies wat hij wil doen met zijn lezing op de slotbijeenkomst Tussen Weten en Doen van ZonMw.

'Ik ben geboren op het terrein van ’s Heeren Loo. Mijn ouders waren daar allebei verpleegkundige voor mensen met een verstandelijke en/of andere beperking. Waarschijnlijk is mijn liefde voor de verpleegkunde daar al ‘in de genen’ gekomen. Ik ben vooral benieuwd naar waar de dingen die we doen tot leiden. En of we daar grip op hebben. Ten tijde van mijn promotieonderzoek was er nog weinig bekend over verpleegkundig leiderschap in Nederland, inmiddels is het thema booming.'

Wat denken we te weten?

'Ik kan iedereen het boek ‘De ontsnapping van de natuur – een nieuwe kijk op kennis’ van Theunis Piersma en Thomas Oudman aanraden. Deze 2 biologen geven toe dat ze er eigenlijk nog maar weinig van snappen. Een vraagteken wordt tegenwoordig snel een uitroepteken, alsof we het allemaal wel weten. Maar we leven in een ingewikkelde en genuanceerde wereld. Net als biologen zijn wij verpleegkundigen ook bezig met kennis. We doen veel evidence based onderzoek door middel van vragenlijsten en blinde controlegroepen. Maar kunnen we op deze manier ons vak wel ontrafelen? Eigenlijk weten we nog niet zoveel. Hoe kunnen we de nuance terugbrengen en in klare taal opschrijven wat we denken te weten?'

Kritiek op onderzoek leiderschap

De nuance is in de leiderschapsliteratuur vaak ver te zoeken. De publicatie Waiting for godot bevat 8 kritiekpunten op het huidige onderzoek naar leiderschap. Ik licht er hier 2 toe:

  • De Hollywood gedachte: een leider is inspirerend, groots, een voorbeeld voor iedereen.
    Maar dit beeld heeft niets te maken met de weerbarstige situatie op de werkvloer.

Er is veel leiderschap, maar dat zit hem vaak in kleine dingen. Bij een patiënt of op de afdeling. Dat wordt niet gezien.

  • De Disneyland gedachte: een leider is integer, moreel, onfeilbaar et cetera.
    Maar kijk eens naar de grootste leiders van de wereld op dit moment. In de praktijk is dit vaak helemaal niet het geval. Iedereen heeft zijn goede en minder goede kanten. Ook, of wellicht juist, leiders.

Ander onderzoek nodig

Mijn grootste probleem met de huidige onderzoekmethoden is dat er veel vragenlijsten worden afgenomen. Die staan los van de context. De vragen zijn zo gesteld dat het goede leidt tot het goede, er is daardoor geen ruimte voor de dark side van leiderschap.'

Wij, wetenschappers, moeten ander onderzoek doen naar leiderschap. We moeten meer verhalend te werk gaan en de echte wereld laten zien, die vaak weerbarstig en ingewikkeld is.

Dé studentenkeuken bestaat niet

'Ik geef studenten vaak een opdracht als ik het heb over leiderschap. ‘Beschrijf een studentenkeuken’. Ik stel daarbij 3 vragen:

  1. Hoe ziet jouw studentenkeuken eruit?
  2. Waarom is die zoals die is?
  3. Welke maatregelen kun je treffen om de keuken te verbeteren?

Bij vraag 1 kan elke student een beschrijving geven, het is er vaak goor en plakkerig, maar ze zijn nooit hetzelfde. Dé studentenkeuken blijkt niet te bestaan. Bij vraag 2 worden allerlei redenen genoemd. Tijdsgebrek, leeftijd, cultuur, wie er kookt. We vullen het graag voor een ander in. Bij vraag 3 komen studenten ook met allerlei regels, straffen en ideeën. Als ik vervolgens vraag naar hun visie op hoe die studentenkeuken er dan uit hoort te zien, dan is de reactie ‘huh, visie?’.'

Een toekomst met visie

'Het is belangrijk dat we een visie hebben hoe verpleegkundig leiderschap eruit moet zien. Ik hoop dat we over 5 a 10 jaar verder zijn met denken, doen en het positioneren van leiderschap. Dat we een reëler beeld van het dagelijkse werk hebben en onze onderzoeksmethoden daarop hebben aangepast. Ik hoop dat mijn lezing aan het denken zet. In de tussentijd moeten we natuurlijk niet op onze handen gaan zitten, we moeten ook door.'

Mijn droom

Ik hoop op mijn 50e zowel bestuurder als bijzonder hoogleraar en verpleegkundige bij buurtzorg te zijn. Kortom, ik zal me de komende 10 jaar moeten blijven ontwikkelen, net als mijn collega-verpleegkundigen. Daarvoor moeten we nieuwe loopbaanpaden creëren die passend zijn voor alle verpleegkundigen. Ik wil iedereen die dit vak beoefent uitdagen om met energie en plezier zich te blijven ontwikkelen. We hebben alle hands on deck nodig!

Onderzoek naar leiderschap door en voor verzorgenden

Verzorgenden vormen de grootste groep professionals in de ouderenzorg en de wijkverpleging. Maar ze zijn het minste in beeld bij management, beleidsmakers en onderzoekers. In een verkennend onderzoek naar verzorgend leiderschap staan ze wel centraal. Het Van Kleef Instituut voerde het onderzoek uit voor het ZonMw-programma Zichtbare schakel.

Meer weten over leiderschap door en voor verzorgenden? Bekijk onze webpagina over leiderschap en zeggenschap en lees het interview met Annemarie Klaassen en Ludi Mulder.

Colofon

Redactie en fotografie: Doelgroep in beeld 
Eindredactie: ZonMw